Volgende: 5.5 Partities en bestandssystemen
Omhoog: 5 Installatie
Vorige: 5.3 ISO-image
  Inhoudsopgave
  Index
Strikt genomen is ''Linux'' alleen de kernel, de kern van het besturingssyteem.
Maar vaak wordt een complete distributie simpelweg ''Linux'' genoemd.
In den beginne moest je de kernel zelf compileren en vervolgens moest je andere
GNU-software compileren als je die wilde gebruiken. Men moest dus eigenlijk een
compleet besturingssysteem in elkaar
zetten uit losse onderdelen. Om het allemaal wat eenvoudig te maken zijn er
distributies gemaakt. Die bevat een voorgecompileerde kernel en GNU-software.
Maar als je echt wil, kun je nog steeds een Linux-systeem van de grond af opbouwen.
Volg de aanwijzingen op http://www.linuxfromscratch.org/ als je dat wilt
doen. Ik kan het echter niet aanranden voor beginners!
De oudste distributie is Slackware. Later zijn er RedHat, SuSE, Debian en
nog een stel andere bijgekomen.
Hoe alles precies in elkaar zit verschilt per distributie. De
installatieprocedure verschilt ook per distributie.
Welke software is meegeleverd, welke configuratie elk programma standaard
heeft, of de allernieuwste versie of de laatste zeker goed stabiele wordt
meegeleverd is ook een punt dat per distributie verschilt. Welke filosofie
de makers van de distributie erop nahouden kun je vaak op hun homepage
terugvinden. Het enige dat alle distributies gemeen hebben is dat ze
allemaal de Linux-kernel en de gebruikelijke GNU-software bevatten.
Een overzicht van de belangrijkste verschillen:
- De systeemeisen verschillen. De hoeveelheid geheugen die
minimaal nodig is hangt af hoe de kernel is gecompileerd en hoe de bootup
scripts in elkaar zitten. Een 386-processor is bij veel distributies wel te
gebruiken, maar omdat Mandrake alle software voor Pentium-chips geoptimaliseerd
heeft gecompileerd, kan het niet gebruikt worden met iets anders dan
Pentium-chips. De hoeveelheid schijfruimte hangt vooral af van hoeveel software
je wilt installeren. Reken voor een all-round systeem maar wel op minstens 1 GB.
Als de computer enkel als server hoeft te dienen, dan kan met veel minder
afgedaan worden (100 MB of minder is zelfs al te gebruiken). Heb je echt
héél erg weinig geheugen en schijfruimte, zoek dan eens naar
mini-distributies. Die zijn ook handig als rescue-diskette (in geval van nood om
je systeem te redden).
- De ''gebruiksvriendelijkheid'' is niet overal even groot. RedHat, Mandrake
en CorelLinux staan erom bekend dat ze eenvoudig te installeren zijn. Slackware
is wat lastiger. Dat wil niet zeggen dat het geen goede distributie is! Door
Slackware te gebruiken, dwing je jezelf juist om je er meer in te verdiepen.
Verder is alles er veel overzichtelijker. Bij RedHat zijn er nogal wat
ingewikkelde scripts gemaakt, waardoor het lastiger is zelf iets aan te passen.
Maar daardoor zijn ze wel eenvoudiger om meteen mee aan de slag te kunnen als
beginner. Voor ieder wat wils dus.
- De manier waarop je programma's kunt installeren is niet overal hetzelfde.
RedHat, SuSE en Caldera gebruiken standaard het RedHat Packaging System (RPM),
waardoor je complete pakketten met software op zeer eenvoudige wijze kunt
installeren, updaten en verwijderen. Er zijn hier ook een aantal grafische
interfaces voor gemaakt om het nog eenvoudiger te maken. Het systeem dat bij
Debian gehanteerd wordt (met .deb-bestanden) is vergelijkbaar met RPM, maar
werkt in de praktijk veel beter. Bij Slackware is
het gebruikelijk om tarballs (.tar.gz-bestanden) te gebruiken die het
gecompileerde programma (of library of nog wat anders) bevatten.
- Bij distributies als RedHat en SuSE is na de installatie al een hele hoop
voor je geconfigureerd. Dat is makkelijk voor de beginnende gebruiker, maar kan
mateloos irritant zijn voor een gevordende. Daardoor is Slackware ook geliefder
bij de meer gevorderde gebruikers.
- Verschillende distributies maken gebruik van verschillende programma's
voor het configureren van allerlei onderdelen (zoals muis, netwerk, deamons,
etc.). Het handmatig aanpassen van bestanden werkt natuurlijk altijd.
- Tenslotte verschillen natuurlijk ook de prijs (als je het OS wilt
aanschaffen in de winkel) en de support per distributie.
Waar je in ieder geval niet op moet letten bij het uitkiezen van een distributie:
- Reviews. Een aantal reviews die ik heb gezien zijn duidelijk gemaakt door
iemand die wel zeer weinig verstand heeft van waar hij/zij over schrijft.
Dat wil niet zeggen dat er geen goede reviews zijn
geschreven, maar wees kritisch en neem niet zomaar alles aan wat je leest.
- Screenshots. Die zeggen totaal niets. Hoe je desktop eruit ziet, heeft
absoluut niets met de distributie te maken. Het is wel mogelijk dat een
bepaalde Window Managers na de installatie standaard wordt gebruikt, maar je
kunt zelf een andere gaan gebruiken. Daarnaast zegt een mooie desktop niets
over de rest van de distributie. Als die slecht in elkaar zit of veel
developmentversies van software bevat, is het niet zo verstandig om die
distributie te gaan gebruiken. Er kunnen dan allerlei vreemde problemen optreden.
- Versienummer van de distributie. Mandrake 7.0 klinkt misschien wel
nieuwer dan RedHat 6.1, maar de software die er bij zit is dat helemaal niet.
Het versienummer van de kernel (en andere veel voorkomende software) zegt meer
over hoe nieuw een distributie is. Om nieuwer te lijken, geven de makers van
de distributies vaak een hoger nummer aan hun distributie dan de andere
distributies hebben.
- Bij Mandrake is alle software gecompileerd met optimalisatie voor
Pentium-chips. Ze zeggen zelf dat daardoor alles 30-40% sneller zal werken,
maar in de praktijk merk je weinig tot geen verschil.
Een overzichtje van de bekenste distributies:
We kunnen je niet zeggen welke distributie je moet gaan gebruiken. Het is ook
deels een kwestie van persoonlijke smaak. Het is geen gek idee om gewoon een
serie verschillende distributies achter elkaar uit te proberen en te kijken welke
je het beste bevalt. Wat vaak gebeurt is dat iemand de distributie die
hij/zij het eerst heeft geïnstalleerd blijft gebruiken.
NB. Gebruik absoluut geen RedHat 7.0. Deze bevat namelijk een developmentversie
van de gcc-compiler die je een hoop ellende kan geven.
Volgende: 5.5 Partities en bestandssystemen
Omhoog: 5 Installatie
Vorige: 5.3 ISO-image
  Inhoudsopgave
  Index
Jarkko Huijts
2002-08-17